(Belasting)schulden ontstaan tijdens corona
Veel ondernemers hebben de coronapandemie overleefd, maar zijn daar uitgekomen met (hogere) schulden. Eén van de meest besproken opgelopen schulden is de belastingschuld als gevolg van de regeling Bijzonder uitstel van betaling vanwege de coronacrisis, de zogeheten “coronaschuld”. Mede door de coronaschuld waren er nog nooit eerder zoveel ondernemers met een belastingschuld als nu.
Op 1 oktober 2022 is de terugbetaling van de coronaschuld voor de 266.369 ondernemers die gebruik hebben gemaakt van de regeling gestart. Op 14 augustus van dit jaar hadden nog 226.000 ondernemers een openstaande schuld bij de Belastingdienst. Het aantal van 43.000 had per die datum nog geen enkele aflossing gedaan. Ondernemers die gebruik maken van de betalingsregeling krijgen 5 jaar de tijd om de schuld af te lossen – waarbij de op dit moment geldende invorderingsrente van 3% nog zal stijgen tot 4% op 1 januari 2024.
Naast dat de coronaschuld moet worden terugbetaald kampen ook de nodige ondernemers met de terugbetalingsverplichting van de subsidies verstrekt onder de Tijdelijke Noodmaatregel Overbrugging Werkgelegenheid, ook wel de “NOW-steun”. Teveel ontvangen NOW-steun – zoals moet volgen uit de eindafrekening – dient te worden terugbetaald aan het UWV. Uit een brief van onder meer de Minister van Economische Zaken en Klimaat volgt dat het er voor nu op lijkt dat ongeveer 55% van het totale invorderingsbedrag van NOW 1 tot en met 6 moet worden terugbetaald.
Invorderingsmaatregelen Belastingdienst per 1 september 2023
Voor ondernemers die gebruik maakten van voornoemde bijzondere uitstelregeling en tot juli jl. niets hadden afgelost, bestond de kans dat zij in juli van dit jaar een brief ontvingen van de Belastingdienst. Hiermee is de Belastingdienst gestart met de intrekking van de regeling. In totaal hebben 35.000 ondernemers met ernstige, structurele betalingsachterstanden deze brief ontvangen. Deze bedrijven hadden tot 29 augustus 2023 de tijd om hun totale belastingschuld in één keer terug te betalen. In het geval niet voor die datum zou zijn betaald, dan wel zou zijn gereageerd, is de Belastingdienst per 1 september 2023 overgegaan tot invordering. De te treffen invorderingsmaatregelen strekken zich uit van het verzenden van aanmaningen en de inzet van deurwaarders tot en met faillissementsaanvragen.
Saneringsakkoord
Er zijn verschillende wijzen waarop met (belasting)schulden kan worden om gegaan. Eén van de beste oplossingen voor levensvatbare ondernemingen is het aanbieden van een saneringsakkoord. Dit wil zeggen dat u met al uw schuldeisers afspreekt dat u slechts een gedeelte van alle vorderingen betaalt om het alternatief – een faillissement waarbij de meeste schuldeisers niets ontvangen – te voorkomen. Dit akkoord biedt u aan al uw schuldeisers, waaronder ook aan de Belastingdienst.
Een saneringsakkoord moet aan verschillende voorwaarden voldoen wil de Belastingdienst hiermee instemmen. Eén van die voorwaarden is (doorgaans) dat de Belastingdienst ten minste het dubbele uitkeringspercentage wenst te ontvangen ten opzichte van de overige schuldeisers. Daarnaast geldt dat de Belastingdienst in ieder geval de belastingschuld niet kwijtscheldt indien geen saneringsakkoord wordt bereikt met alle schuldeisers en waarbij het restant van de vorderingen wordt kwijtgescholden tegen finale kwijting.
Versoepeling uitkeringspercentage Belastingdienst
Vanwege voornoemde ernstige schuldenproblematiek als gevolg van corona, neemt de Belastingdienst tot 1 april 2024 echter genoegen met een uitkeringspercentage dat ten minste hetzelfde is als het percentage dat wordt aangeboden aan de overige schuldeisers. Een dergelijke regeling met de Belastingdienst is aantrekkelijk voor de overige schuldeisers. Deze partijen zullen immers – mits het saneringsakkoord wordt gesloten voor 1 april 2024 – een hoger percentage van hun vorderingen voldaan kunnen krijgen nu de Belastingdienst een gelijk percentage ontvangt.
Naast dat de Belastingdienst tot 1 april 2024 akkoord gaat met een lager saneringspercentage, geldt als onderdeel van het saneringsbeleid van de Belastingdienst dat de Tegemoetkoming Vaste Lasten (TVL) – en NOW-schulden geen belemmering meer vormen voor het sluiten van een saneringsakkoord. Omdat deze schulden subsidies zijn, kunnen deze schulden niet worden kwijtgescholden in verband met Europese staatssteunregels. Hierdoor zouden er mogelijk minder saneringen tot stand komen, die anders – in het geval er geen TVL- of NOW-schulden zouden zijn – wel tot stand zouden komen. Deze strengere regels vormen nu niet langer een belemmering voor het bereiken van een saneringsakkoord.
Tot slot
Sinds de start van het soepelere saneringsbeleid van de Belastingdienst zijn er tenminste 3.000 saneringsverzoeken van ondernemers verwerkt. Mocht u meer informatie willen ontvangen over een dergelijk saneringsverzoek dan wel advies willen ontvangen over het opstellen van een saneringsverzoek, neemt u dan contact op met één van onze advocaten van Team Faillissementsrecht.
